Behalve dat het woord uit de titel van deze post
het misschien aardig doet bij een potje Scrabble of Wordfeud, is het er ook een
dat het de onderzoeker, die zich in deze materie begint te verdiepen, soms doet
duizelen.
De theorie die we
in dit onderzoeksproject gebruiken staat in de communicatiewetenschap bekend
als de ‘nieuwsfactorentheorie’ en is vooral bekend van het inmiddels bijna 50
jaar oude artikel van de Noren Galtung & Ruge The structure of foreign news. Als je dat artikel voor de eerste keer
leest, lijkt het redelijk recht voor z’n raap. Er zijn 12 kenmerken die
gebeurtenissen al dan niet kunnen bezitten, die, wanneer aanwezig, de aandacht
van de journalist zullen trekken.
En uiteraard kun je die 12 kenmerken opsporen in de beschrijving van een gebeurtenis, en dus kun je, zoals wij hier ook doen, daar een ‘inhoudsanalyse’ op pers- en nieuwsberichten mee doen. Tot zover.
En uiteraard kun je die 12 kenmerken opsporen in de beschrijving van een gebeurtenis, en dus kun je, zoals wij hier ook doen, daar een ‘inhoudsanalyse’ op pers- en nieuwsberichten mee doen. Tot zover.
Iets met veel bomen en een bos
De 12 kenmerken
van Galtung & Ruge (ofwel dé 12 nieuwsfactoren) vormen samen de originele
nieuwsfactorencatalogus. In de loop der tijd hebben andere auteurs echter
andere ‘lijstjes’ gemaakt. De 12 nieuwsfactoren van Galtung & Ruge zijn
namelijk samengesteld met het oog op selectie van gebeurtenissen voor de
buitenlandpagina’s van kranten. Dat maakt de catalogus beperkt inzetbaar, ook
zijn er in de loop der tijd andere factoren ogenschijnlijk belangrijk geworden
(bij voorbeeld de z.g. tabloidnieuwsfactoren: schandaal, geweld en natuurlijk:
sex). Nog andere auteurs splitsten factoren uit de oorspronkelijke catalogus
uit, om nauwkeuriger in kaart te brengen wat precies selectie voorspelt. Zo
bevat de oorspronkelijke catalogus van Galtung & Ruge de nieuwsfactor
‘nabijheid’: hoe dichter bij huis het nieuws zich afspeelt, hoe groter de kans
op selectie. Maar nabijheid kan op verschillende manieren opgevat worden:
geografisch, politiek, cultureel en economisch. Vandaar dat latere catalogussen
vaak vier vormen van nabijheid bevatten. Britse en Duitse onderzoekers hebben
meer recent, tenslotte, gepoogd om al deze varianten samen te vatten in één
algemeen toepasbare catalogus.
Kiezen
Voor ons
onderzoek was een belangrijke vraag welke catalogus we als uitgangspunt zouden
nemen voor ons eigen meetinstrument. Daarbij bleek al dat het lastig is om al
die factoren ook meetbaar te maken, dus een catalogus die
al ‘geoperationaliseerd’ is, heeft een streepje voor. Ons onderzoek gaat niet
over politiek, niet over tabloidachtige onderwerpen en ook niet over
buitenlands nieuws. We hebben immers nieuws over Nederlandse bedrijven centraal
gesteld. Catalogi zoals die van de beroemde voorouders Galtung & Ruge
hebben we daarom afgeserveerd, die veronderstellen immers buitenlands nieuws.
Een op bedrijven gerichte catalogus hebben we niet kunnen vinden, dus opteerden
we voor een ‘algemene’. Daarin zijn we vervolgens kritisch gaan kijken of er
voor ons overbodige factoren in staan en of ze voor ons doel wel compleet
genoeg zijn.
Keuze
We vonden wat we
nodig hebben bij de Oosterburen. Studies van Maier & Ruhrmann e.a. bleken
gebaseerd te zijn op een gedetailleerd uitgewerkt codeboek op basis van een algemene nieuwsfactorencatalogus. Die
catalogus bevatte weliswaar ook nabijheidsfactoren, maar verder was deze zo
goed als compleet. De specificaties van de factoren moesten nu alleen nog
toepasbaar gemaakt worden op ons onderwerp. Een belangrijke stap daarin was het
uitvoeren van de pilotstudie en vervolgens het via trial & error testen van
de zo gevormde nieuwsfactorencatalogus.
De
nieuwsfactorencatalogus die we nu in het onderzoek gebruiken bevat de volgende
nieuwsfactoren: Verrassing, Controverse, Impact (in termen van aantal mensen
dat invloed kan ondervinden); Positieve- en Negatieve Gevolgen, Referentie aan
Elitepersonen (op basis van machtspositie), Prominentie (referentie aan bekende
personen) en Dynamiek.
Pytrik Schafraad
Pytrik Schafraad