Een blik over de grens


Yours truly poseert met Paul Julius
Reuters in het IZM.


In Dit Wordt Het Nieuws onderzoeken we de invloed van PR via persberichten op het nieuws. Elders maakt men zich kennelijk druk om andere ‘negatieve’ invloed.

Onlangs bezocht ik het Akense Internationales Zeitungmuseum. In de permanente tentoonstelling probeert het museum de bezoeker uit te leggen hoe het proces van gebeurtenis tot krantenbericht verloopt. Vooral leuk voor een educatief tripje met scholieren. Het museum is van alle museale gemakken voorzien en informeert de bezoeker in vier talen, maar in haar vertellingen over kranten en andere nieuwsmedia is het digitale tijdperk amper doorgedrongen. Zo behoort het e-paper daarin nog tot de toekomst en verder is het museum vooral wat haar naam al doet vermoeden: een krantenmuseum.




Freelancers bedreigen journalistieke kwaliteit
Iets anders dat opviel, bij mijn rondgang langs alle informatiepanelen, was een korte uiteenzetting over bedreigingen van de journalistieke kwaliteit in de huidige tijd. Niets over internet, burgerjournalistiek of PR (al dan niet terecht), maar wel over ‘minder betaalde freelancers’. Het museum citeert het Deutsche Journalisten Verband: “De personeelssterkte krimpt en het aantal journalisten met een vaste aanstelling loopt terug. Dit wordt gecompenseerd door het toenemende aantal freelance journalisten, die meestal voor minder geld werken. Deze tendens van ‘leveranciers van content’ is een zorgwekkende ontwikkeling die van grote invloed is op de journalistieke kwaliteit […].”

Beschermd beroep?
Verder dus geen woord over bij voorbeeld de vermeend toenemende invloed van PR e.d. Mede daarom vond ik deze opmerking wel bijzonder. Waarom zou het museum juist deze (toch ook vermeende) bedreiging er uit pikken? 

In de aanpalende teksten legt het museum uit hoe je journalist wordt. Daarbij wordt nogal wat nadruk gelegd op verschillende journalistiekopleidingen, waaruit blijkt dat het in Duitsland niet ongewoon is om eerst een tijdje ongeschoold als freelancer te werken, dan een soort post-doctorale journalistiekopleiding te volgen en dan pas in vaste dienst bij een krant te komen. Zo’n praktijk komt (meer dan bij ons) neer op een soort van beroepsbescherming. En vanuit de optiek van een beschermd beroep is de opkomst van ongeschoolde ‘goedkope arbeid’ wellicht eerder te bezien als bedreiging.

Uit de tijd
Toch komt deze visie mij erg uit de tijd voor. Ik ken het Duitse debat niet, maar in het Nederlandse debat over de toekomst van de journalistiek ligt juist veel nadruk op journalistiek ondernemerschap, waarbij de freelance journalist niet wordt gezien als een bedreiging, maar als een vakmens dat zich niet laat beperken door verouderde instituten. In dat perspectief is de freelancer misschien een bedreiging van de institutionele journalistiek van traditionele media, maar niet die van de journalistiek zelf. De vraag die dan overblijft is dan ‘ziet men dat in Duitsland anders, of loopt het museum in Aken domweg achter de feiten aan?’ Wie het weet mag het zeggen.

Pytrik Schafraad